Rondleiding in de wereld van schaal- en schelpdieren
Naast mosselen en oesters die de hoofdmoot van de schelpdieren voor hun rekening nemen in de Zeeuwse aqua-wereld, zijn er een aantal andere schelpdieren die al korte of langere tijd een plaats opeisen. Vaak worden ze nog geëxporteerd, maar de binnenlandse vraag stijgt.
Bekend en (nog) onbekend in Nederland
De kokkels en alikruiken zijn natuurlijk al langere tijd bekend. Mesheften en tapijtschelpen bijvoorbeeld zijn nog minder bekend. De (Oosterschelde)kreeft is eigenlijk ook een “ouwetje”, maar de laatste jaren min of meer terug van weggeweest. Mede dankzij de aandacht die er in de media aan wordt geschonken bij met name de opening van het Oosterschelde kreeftenseizoen.
Verschil tussen een schelpdier en een schaaldier
De benamingen schelpdier en schaaldier worden veel door elkaar gebruikt. Toch is er een duidelijk verschil. De naam zegt het eigenlijk al. Schelpdieren zijn dieren met een schelp. Deze soort wordt ook wel een weekdier genoemd, omdat ze een week lichaam bezitten dat door een harde schelp wordt beschermd. Deze schelpen worden gesloten door sterke sluitspieren en kunnen scharnieren. Schaaldieren is een verzamelnaam voor dieren met een uitwendig skelet (schaal). Door de samenstelling van het pantser rekt dit niet mee als het dier groeit. Dus moet het schaaldier af en toe van pantser wisselen om verder te kunnen groeien.
Voorbeelden van schelpdieren
- Mosselen en oesters
- Sint-Jakobsschelpen. Deze schelpdieren worden steeds meer in restaurants gegeten. Elk zichzelf respecterend visrestaurant heeft ze op de kaart staan.
- Kokkels. De bekende schelpen die men veel op het strand ziet. Gevist door Nederlandse vissers maar (nog) niet erg als zee voedsel gewaardeerd in Nederland.
- Alikruiken. In Zeeland noemt men deze zeeslakjes “krukels”. Ze hechten zich op paalhoofden en stenen. Deze lekkernij krijgt men vaak als voorafje in een restaurant.
- Mesheften. Ook deze schelpdieren, die in grote hoeveelheden in de Noordzee voorkomen, worden gevist door Nederlanders en bijna allemaal naar Zuid-Europa geëxporteerd.
- Tapijtschelpen. Dit schelpdiertje is zeer geliefd in het buitenland en nog steeds wat onbekend in ons eigen land. Komt in de Nederlandse wateren niet zo heel veel voor en wordt daarom hoofdzakelijk geïmporteerd.
Voorbeelden van schaaldieren
- Kreeft. Staat bekend als delicatesse en duur. Het is een indrukwekkend dier om te zien, met een aantal eigenaardigheden en bijzondere werktuigen.
- Garnalen. Bekend zijn natuurlijk de kleine grijze Hollandse garnaal. Ook populair zijn de grotere Aziatische soorten, beter bekend als gamba’s.
- Krab. Bekend bij iedereen. Opmerkelijk dier met een rugpantser en de eigenschap om zijwaarts te lopen. De grotere (Noordzee)soorten worden gegeten.
Informeren over leefwijze, omgeving en visserij
In deze special worden de hierboven genoemde schaal- en schelpdieren uitgebreider bekeken. Niet alleen wordt gekeken hoe het dier leeft en waar, maar ook de visserij of kweek wordt toegelicht.